zondag 20 april 2014

Boekverslag, van het westelijk front geen nieuws








Door: Meike Kombrink
Klas: V4C
Datum: 20-04-14


Inhoudsopgave
Erich Maria Remarque
Recensie
Samenvatting
Mijn mening
Lesbrief empathie



Erich Maria Remarque

Erich Maria Remarque werd op 22 juni 1898 geboren als Erich Paul Remark. Pas in 1922 koos hij Maria als tweede voornaam. Twee jaar later koos hij ervoor om zijn achternaam te schrijven zoals zijn (verre) Franse voorouders dat gedaan hadden.
In tegenstelling tot de hoofdpersoon uit het boek meldde hij zich bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog niet vrijwillig voor dienst. Hij volgde een lerarenopleiding tot zijn lichting werd opgeroepen. Na een korte militaire opleiding moest hij naar het front, waar hij in de Kompagnie des Feld-Rekruten-Depots der Garde-Reserve-Division terechtkwam. Deze oorlogservaring, samen met degene die hij in het hospitaal opdeed na het gewond raken bij de Slag om Vlaanderen, verwerkte hij in zijn boek van het westelijk front geen nieuws. Nadat het eerst als feuilleton was verschenen, werden er na het uitkomen van het boek al in het eerste jaar meer dan een miljoen exemplaren verkocht. In 1930 werd het verhaal door een Amerikaanse regisseur verfilmd.
Kort na Hitlers machtsovername in Duitsland in 1933 werd Remarques boek als ‘volksfeindlich’ beschouwd en openbaar verbrand. Een paar jaar later werd hem het Duitse staatsburgerschap ontnomen. Remarque woonde toen al een aantal jaren in het buitenland. Vanuit de VS. schreef hij Engelstalige romans, waaronder Arc de Triomphe.
Na de Tweede Wereldoorlog woonde hij om beurten in de VS. en Zwitserland en trouwde hij met filmster Paulette Goddard.
Hoewel nu nagenoeg vergeten, werden ook de boeken, die hij in deze periode schreef goed ontvangen.
Op 25 september 1970 overleed hij in Locarno im Tessin in Zwitserland. 



Recensies


Een klassieker die al lang op mijn lijst stond.
De schrijver zegt als inleiding:
"Dit boek wil noch een aanklacht noch een bekentenis zijn. Het wil alleen een poging wagen verslag uit te brengen over een generatie die door de oorlog vernield werd, ook wanneer het haar was gelukt aan de granaten te ontkomen"
Dat is gelukt, verslag uitbrengen, over alle gruwelen die een oorlog, en speciaal de eerste wereldoorlog, met zich mee brengt. Zakelijk wordt beschreven hoe het leven in de loopgraven aan het front is, maar vooral hoe de dood is. De soldaten doen wat ze moeten doen, lijken geen emoties te hebben, ze stellen geen vragen, ze doden. Zeven jongens worden uit hun opleidingsklas naar het front gestuurd, de een na de ander sneuvelt. Schreeuwende paarden, enorme lijkratten, uiteengereten lichamen, alles komt voorbij.
Als de verteller een Franse soldaat neersteekt die zwaargewond naast hem neervalt, komt hij tot de volgende overdenking:
"Pas nu zie ik dat je een mens bent als ik. Ik dacht aan je handgranten, aan je bajonet, en aan je wapens;- en nu zie ik je vrouw en je gezicht en wat wij gemeen hebben. Vergeef me, vriend! We zien het altijd pas als het te laat is. Waarom houden ze ons niet telkens voor dat jullie net zulke arme drommels zijn als wij, dat jullie moeders net zo bezorgd zijn als de onze, en dat wij dezelfde angst voor de dood hebben, op dezelfde manier sterven en dezelfde pijn lijden;- vergeef me, vriend, hoe kon je ooit mijn vijand zijn?"
Het is een boek dat ik af en toe weg moest leggen, het confronteert je met het ergste, oorlog. De eerste wereldoorlog, maar het gebeurt immers in iedere oorlog.
(Op 31 januari 1929 publiceerde Remarque zijn Im Westen nichts Neues. Reeds op 18 april van datzelfde jaar verscheen bij Erven J. Bijleveld de eerste vertaalde editie ter wereld van deze fameuze anti-oorlogsroman. Alleen al van de Nederlandse uitgave werden er in de eerste jaren na verschijnen meer dan honderduizend verkocht, tot de bezetter het boek in 1940 in beslag nam.)
bron: http://www.leestafel.info/erich-maria-remarque




Samenvatting
In 1916 komt Paul Bäumer als vrijwilliger in het leger met 6 vrienden, Katczinsky, Kropp, Müller, Tjaden, Westhus en Kemmerich. Door hun leraar zijn ze heel erg gemotiveerd voor de oorlog. Kantorek, deze leraar, vertelde dat je voor je eigen land vecht en dat als je niet gaat dat je een lafaard bent. Hun hele idee van oorlog is geidealiseerd. Ze zien oorlog als iets romatisch. Voor ze ook echt aan het front komen, gaan ze eerst 10 weken naar een trainingskamp. Samen met Kemmerich, Kropp en Müller komt Paul in een groep onder leiding van Stanislaus Katczinsky. Deze groep is weer onderdeel van het 9e korporaalschap dat wordt aangevoerd door Himelstoß.
Aangezien de jongens een geidealiseerd beeld hadden van de oorlog, blijkt het front wel heel anders te zijn. Daar denkt men niet meer aan het feit dat je vecht voor het vaderland, maar je vecht om te overleven. Veel soldaten sterven, maar het voedsel wat daarvoor bestemd was, kunnen de andere soldaten goed gebruiken. Al snel raakt de eerste van Paul's vriendengroep  gewond, namelijk Kemmerich. Hij heeft een bovenbeenschotwond en zijn been wordt wordt geamputeerd. Hij sterft in een militair hospitaal waar Paul bij is. Paul belooft Kemmerichs moeder te schrijven over zijn overlijden. Müller krijgt de laarzen van Kemmerich.
Steeds meer jonge soldaten komen aan het front. Het zijn eigenlijk nog maar kinderen. Aan het front is het vechten steeds onmenselijker, de mensen vechten als dieren; doden en overleven is het enige wat uitmaakt.
De groep waar Paul in zit heeft veel angst. Ze spreken veel over vrede. De jongens krijgen op een keer ruzie met Himmelstoß, waarna Kropp en Tjaden straf krijgen. De samenwerking onder de Duitsers wordt steeds slechter, de Fransen en Engelsen zijn erg sterk. De jongens vechten alleen nog maar om zelf te overleven. Als Paul alleen is, denkt hij vaak na over zijn vroegere leven, wat erg ver weg van zijn huidige 'leven' staat.
Himmelstoß komt ook aan het front. Van de 2e compagnie zijn nu nog maar 32 van de 150 soldaten in leven. Omdat dit erg weinig is, worden ze opnieuw ingedeeld. Haie Westhus is ook al omgekomen, zijn hele rug lag open. De overgebleven vrienden proberen nog wel lol te maken, maar dit is voornamelijk om het leed te verbergen. Zo brengen ze bijvoorbeeld een nacht door bij 3 Franse meisjes. Dan krijgt Paul 17 dagen verlof. Hij gaat in deze dagen naar zijn familie toe. Hij heeft het erg moeilijk en huilt veel. Zijn moeder is ziek, ze heeft kanker.
Paul merkt wel hoe ze in Duitsland een verkeerd beeld hebben van de oorlog, maar hij wil er niet over praten. In Duitsland is ook een schaarste aan voedsel. Paul moet lachen als hij hoort dat zijn leraar Kantorek ook als soldaat de oorlog in is gegaan.
Voor Paul weer terug gaat naar het front, moet hij op cursus. Hij komt een groep gevangen genomen Russen tegen en hij begrijpt eigenlijk niet waarom ze zijn vijand zijn. Hij geeft ze eten en sigaretten. Op een dag komen zijn vader en zus hem bezoeken, het gaat steeds slechter met zijn moeder. Als Paul weer aan het front is, voelt hij zich er helemaal thuis.

Dan breken er 3 ‘goede’ weken aan. De groep van Paul moet de voedselvoorraad bewaken in een verlaten dorp, en uiteraard hebben ze nu een overvloed aan voedsel. Bij een aanval van de Fransen raken Albert Kropp en Paul gewond aan hun been. Ze komen in een militair ziekenhuis en later in een ziekenhuis in Keulen aan. Paul geneest snel, maar Alberts been moet worden geamputeerd. De situatie in het ziekenhuis is slecht.
De artsen experimenteren en er zijn vele slachtoffers Paul keert weer terug naar het front. Bijna al zijn vrienden sterven, alleen Paul en Katczinsky blijven over. De Duitse troepen moeten steeds meer terugtrekken en iedereen weet dat Duitsland de oorlog gaat verliezen. Veel soldaten zijn ziek, deserteren of plegen zelfmoord.
Er is niet genoeg eten en drinken en er is een gebrek aan munitie.
In de zomer van 1918 sterven zeer veel soldaten. Ook Pauls laatste vriend Katczinsky sterft.
Paul is de enige die over is van zijn groep. Paul beseft dat hij niet meer in het normale leven terug kan keren als hij dit overleeft. Hij zal niet kunnen verwerken wat hij heeft gezien. Hij is ook niet bang meer om te sterven aangezien hij niks meer te verliezen heeft. In oktover 1918 sterft Paul zelf. De oorlog was op dat moment bijna voorbij. Hij ligt met zijn gezicht in de grond en als men hem omdraait leek het bijna wel of hij tevreden was dat hij dood was gegaan. Die dag luidde het oorlogsbericht:'Im Westen nichts zu Melden.'






Mijn mening
Ik vond van het westelijk front geen nieuws een pittig boek. Dit vooral omdat het je heel erg confronteert met hoe de oorlog echt was. In Nederland is er minder aandacht voor de eerste wereldoorlog omdat wij toen onpartijdig waren. Daardoor wist ik nog niet zo veel van de eerste wereld oorlog. Dit boek heeft me veel meer kennis geschonken, niet over de gebeurtenissen of het verloop, maar over hoe het voor een `normale´ soldaat was om in de eerste wereldoorlog te vechten. Hoe zwaar het mentaal en fysiek is om soldaat te zijn en hoe moeilijk het is om je daar overheen te zetten. Gelukkig is het een goed geschreven boek, zodat je buiten de pittige verhaallijn om wel ´makkelijk´ kon lezen.
Ik zou dit boek zeker aanraden aan andere, het was een interessant boek dat je een goed beeld geeft van de verschrikkingen van de eerste wereldoorlog.



Lesbrief Empathie
1) Empathisch vermogen is het inlevingsvermogen van iemand. Hoe hoger je empathisch vermogen hoe meer je rekening houd met andere mensen en hoe meer je rekening houd met andere mensen.
2)


Stelling
Klopt het?
Want in de tekst staat ...
1
Door het lezen van verhalen kunnen mensen zich beter inleven in anderen.
Ja/Nee
"Door het lezen van romans en poëzie kunnen mensen zich beter inleven in anderen."
2
Door het lezen van gedichten kunnen mensen zich beter inleven in anderen.
Ja/Nee
"Door het lezen van romans en poëzie kunnen mensen zich beter inleven in anderen."
3
Dat mensen zich beter in andere kunnen inleven, kun je zien aan hun gezicht.
Ja/Nee
"Direct hierna volgden tests waarbij zij onder meer gezichtsuitdrukkingen beoordeelden. Mensen die literaire fictie lazen, scoorden het hoogst." Er staat niks verder in de tekst dat zou betekenen dat die mensen een andere gezichtsuitdrukking zouden hebben.
4
De proefpersonen kregen willekeurige teksten te lezen.
Ja/Nee
"Sommige vrijwilligers lazen Tsjechov, andere lazen verhalen van ‘mindere’ literaire statuur."
5
In literaire fictie komen mensen met een ingewikkelder karakter voor.
Ja/Nee
"De onderzoekers denken dat dit komt doordat literaire fictie gelaagde karakters beschrijft. Lezers moeten zich maximaal inleven in de gedachtewereld van de hoofdpersoon. Bij populaire fictie is dit volgens de onderzoekers minder het geval, omdat de hoofdpersonen zich een stuk voorspelbaarder gedragen."
6
In literaire fictie gedragen de personen zich onvoorspelbaar.
Ja/Nee
"De onderzoekers denken dat dit komt doordat literaire fictie gelaagde karakters beschrijft. Lezers moeten zich maximaal inleven in de gedachtewereld van de hoofdpersoon. Bij populaire fictie is dit volgens de onderzoekers minder het geval, omdat de hoofdpersonen zich een stuk voorspelbaarder gedragen."
7
Het was al bekend dat lezers van literatuur een groter empathisch vermogen hadden.
Ja/Nee
"Dit is het eerste onderzoek dat een direct causaal verband tussen literatuur en empathisch vermogen aantoont."
8
Dit Amerikaanse onderzoek vertelt niets nieuws.
Ja/Nee
"Dit is het eerste onderzoek dat een direct causaal verband tussen literatuur en empathisch vermogen aantoont."
9
Het is zeker dat empathische mensen meer literatuur lezen.
Ja/Nee
"Hierbij bleef echter onduidelijk of dit door de boeken zelf kwam, of doordat empathische mensen simpelweg meer literatuur lezen."
10
Het is hard nodig dat de waarde van literatuur wordt aangetoond.
Ja/Nee
"De wetenschappers hopen met dit onderzoek de educatieve en maatschappelijke waarde van literatuuronderwijs aan te tonen. Dit vinden zij hard nodig, want romans lezen daalt al jaren als vrijetijdsbesteding. Ook wordt op middelbare scholen steeds minder aandacht besteed aan fictie en staan literatuursubsidies onder druk."
11
Een blijvend effect van het lezen van literatuur is niet aangetoond.
Ja/Nee
"Wat zijn de langetermijneffecten van literatuur lezen? Was het inlevingsvermogen een week of maand na het lezen nog net zo goed? Dat blijft onduidelijk."
12
Alleen literatuur vergroot het empathische vermogen van de mens.
Ja/Nee
"Ook hopen ze te bepalen hoe andere kunstvormen, zoals toneelstukken en films, empathische vaardigheden kunnen versterken."
13
De beschrijving van de gelaagde karakters is het kenmerk van literatuur dat de empathische vermogens versterkt.
Ja/Nee
"De onderzoekers denken dat dit komt doordat literaire fictie gelaagde karakters beschrijft."




4) Formele brief
M.H. Kombrink
Vredelantstraat 16
3633EC Vreeland

Drs. J.W. Verhulst
Vechtstedecollege
Amstellandlaan 1A
1382CD Weesp

Betreft: Keuze in culturele excursies

Geachte meneer Verhulst

Ik heb al een tijdje het gevoel dat er te weinig culturele excursies zijn. Nou was ik altijd onder de indruk dat dit slechts de culturele ontwikkeling uw leerlingen belemmert, en hier hebben ouders natuurlijk ook een belangrijke rol in, tot ik laatst een artikel van de volkskrant las. In dit artikel werd duidelijk gemaakt dat culturele uitstapjes (muziek, film, toneel, etc.) ook het empathisch vermogen van de leerlingen vergroot

Op dit moment zijn er maar enkele culturele uitstapjes per jaar. Een (hooguit twee) uitstapjes met het vak ckv, en een met de Vechstede dag.

Dit vind ik persoonlijk te weinig. Er zijn veel meer bijzondere en interessante culturele plekken en ervaringen die je als Nederlander gezien of ervaren moet hebben. Neem bijvoorbeeld musea zoals het van Gogh museum en het Vermeer centrum delft. Beide meesters zijn belangrijk voor de Nederlandse culturele geschiedenis maar van geen van beide hebben wij ooit echt informatie gehad. Zo zijn er ook vele voorbeelden van theatervoorstellingen, films en architectuur.

Iedere leerling zou een brede basis aan culturele kennis moeten hebben voor zijn verdere leven. Niet alleen omdat het goed is om te weten en onze hedendaagse cultuur heeft gemaakt zoals die is. Maar vooral ook omdat, wil je iets begrijpen van de wereld buiten Nederland, je eerst iets zal moeten begrijpen van Nederland en de Nederlandse cultuur.

Daarom zou ik u willen vragen om meer te doen aan culturele excursies. Hierbij stel ik me voor dat u uw leerlingen drie keer per jaar laat kiezen tussen een paar mogelijke voorstellingen, films en musea. Dit bovenop de uitstapjes met ckv en met de Vechtstededagen.

Ik hoop snel van u te horen.

Met vriendelijke groet,
Meike Kombrink

Geen opmerkingen:

Een reactie posten